Ziekte van Weill

De ziekte van Weil zijn bacteriën die zich vermenigvuldigen in het bloed en bloedingen veroorzaken. Dit komt doordat ze de bloedvaten beschadigen via de *toxines die ze aanmaken. Ook vervoert het bloed de ziekte van Weil naar verschillende organen, waaronder de nieren en de lever, waar ze beschadigingen veroorzaken. Daardoor ontstaat er een nierinfectie die ervoor zorgt dat de bacterie uitgescheiden wordt in de urine. Alle zoogdieren kunnen erdoor besmet raken, maar ze blijken niet allemaal er gevoelig voor te zijn. Knaagdieren zijn er behoorlijk goed resistent tegen, maar jammer genoeg zijn honden er gevoeliger voor en krijgen ze vaker een ziekte die snel evolueert en vaak heel gevaarlijk is.
Aangezien de ziekte van Weil uitgescheiden wordt in de urine, kan elk contact van huid en slijmvliezen met urine een besmetting veroorzaken. De ziekte van Weil kan in stilstaand water, zoals riolen, moerassen en vijvers overleven. Dit water is meestal geïnfecteerd door andere dieren. Als de hond van het water drinkt of al contact met het water heeft, besmette planten of kadavers van besmette dieren zijn stuk voor stuk besmettingsbronnen voor de hond en die zijn de baas.
Jachthonden staan veel bloot aan een besmetting omdat ze vaak in het water in de bossen willen zwemmen of contact ermee maken. In het bos lopen de honden alleen maar een groter risico omdat er wilde dieren leven die deze ziekte met zich mee kunnen dragen. Dit geldt ook voor dieren op het platteland. Je kan de hond vaccineren hiervoor

Symptomen: Koorts, diarree, veel te mager en uitdroging. Maar het kan variëren tussen weinig tot ernstig. In het braaksel kan bloed bij zitten. Een nierinfectie zorgt voor uitdroging en een ophoping van *ureum in het bloed. De hond begint te braken en krijgt mondzweren en zenuwstoornissen. De ziekte van Weil kan ook tot een leverontsteking leiden, met onder meer een gele verkleuring van de genitale (bij de geslachtsdelen van de reu of teef), mond- en oogslijmen. In heel enkele gevallen kunnen oogletsel en hersenvliesontsteking optreden. Honden die deze ziekte overwinnen kunnen de maanden daarop nog andere ziektes krijgen waar ze ook veel problemen aan over kunnen houden

Diagnose: Om vast te stellen dat de hond de ziekte van Weil heeft moet de dierenarts het bloed en de urine onderzoeken om de diagnose te kunnen stellen. Er is een kans in dat de hond het niet overleeft en als hij het wel overleeft kan hij beschadigingen overhouden, of kort daarna een andere ziekte krijgen wat ook weer beschadigingen kan geven of zelfs alsnog  fataal kan zijn

Preventieve maatregelen: Er bestaan goede vaccinaties voor de honden. Bij de standaard vaccinaties zit de inenting tegen de ziekte van Weil er ook bij. Het is aan te raden om de hond altijd hiervoor in te enten, want je weet maar nooit en beter voorkomen dan genezen als dat goed gaat. De hond moet jaarlijks worden geënt tegen deze ziekte
Curatieve maatregelen: Je kan de ziekte van Weil tegengaan door het dier antibiotica toe te dienen. En verder kan je het alleen maar voorkomen. Het is niet altijd het geval dat de hond het haalt of volledig hersteld. De kans is groter van niet

*giftige stof

Maak jouw eigen website met JouwWeb